30 JUNI 1930.
381
„voortgevloeide Koninklijke Besluiten,omdat daarin voor
„(personen beneden de 18 jaar reeds een verbod tot het be
zorgen van melk op Zondag is opgenomen.
„Overigens bestaat het verschil met de verordening van 5
„Februari in een nieuw toegevoegd artikel 3, waarin de vroe-
„ger vastgestelde verordeningen betreffende het bezorgen
„en venten van melk op Zondag worden ingetrokken.
„Dit om de intrekking van het raadsbesluit van 5 Februari,
„voor zoover noodig, te constateeren en om de afkondiging
„van de intrekking der oude verordening van 8 October 1925
„Gemeenteblad no. 411 te vergemakkelijken.
„Wij geven U derhalve in overweging, tot vaststelling van
„bijgaande verordening over te gaan."
Zonder eenige bedenking wordt overeenkom
stig dit voorstel besloten.
58. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot het
vaststellen eener verordening, regelende het ontslag van het
onderwijzend personeel, luidende als volgt:
„De verordening van het jaar 1911, Gemeenteblad no. 202,
„houdende bepalingen omtrent het ontslag 'aan ambtenaren
„en bedienden in vasten dienst der gemeente Breda, steunt,
„voor zooveel zij de onderwijzers bij gemeentescholen betreft,
„niet meer op de wet, weshalve wij Uwen Raad heden een
„ontwerp-verordening ter vaststelling aanbieden, waarin het
„ontslag van onderwijzers bij 65-jarigen leeftijd wordt ge
handhaafd en waarin is opgenomen een regeling voor de
„gehuwde onderwijzeres.
„De verordening volgt art. 38 4e lid der L. O. Wet 1920,
„waaraan de Raad zijn bevoegdheid ontleent, op den voet.
„Wat het ontslag bij een bepaalden leeftijd betreft, is zij
„van nagenoeg denzelfden inhoud als die van genoemd Ge
meenteblad no. 202.
„Wat het ontslag bij huwelijk betreft, zijn wij van oordeel,
„dat dit aar) een onderwijzeres dient te worden verleend.
