30 JULI 193Ö.
419
„.gebouwde woningen in te stellen en zich de medewerking
„van eenige bewoners te assumeeren.
„De eigen op- en aanmerkingen der commissie en de ge
rechtvaardigde op- en aanmerkingen, die bij het verhoor
„der bewoners mochten blijken, waren in een rapport samen
„te vatten, dat ter kennis van den Raad ware te brengen.
„Bij verderen aanbouw kan dan daarmee zooveel mogelijk
„worden rekening gehouden."
Waar er steeds meer woningen zullen gebouwd worden
en door de gemeente nog groote kapitalen in deze woning
bouw zullen worden gestoken, resp. dat zij daarvoor borg
zal zijn, is mijn voorstel, zooals U ziet, gegrond op deze
beide factoren: het belang der bewoners en een zoo goed
mogelijke kapitaalbelegging.
Burgemeester en Wethouders achten een onderzoek, als
door mij bedoeld, overbodig op grond van de volgende
overwegingen.
Ten eerste zijn de woningcomplexen gebouwd geheel
overeenkomstig de voorstellen en plannen, die in den loop
der jaren aan den Raad zijn voorgelegd en door dezen zijn
goedgekeurd.
Ik kan dit argument niet als juist erkennen, want niet alleen
de leek, maar ook de bouwkundige verkrijgt eerst het juiste
beeld van grootte van vertrekken en doelmatigheid, wanneer
hij zulke plannen in uitgevoerden toestand ziet, maar vooral
krijgt hij daarvan een juist beeld als hij de woningen gemeu
beld ziet. Ook is het voor mij boven twijfel verheven, 'dat
door de bewoners, en niet in de laatste plaats door-de huis
vrouwen, tal van nuttige wenken ten aanzien van de doel
matigheid gegeven kunnen worden.
Ten tweede zeggen Burgemeester en Wethouders, dat Rijks-
en Gemeentetoezicht-bij den arbeiderswoningbouw voldoende
waarborg bieden voor het stichten van woningen, welke aan
behoorlijke eischen voldoen.
Ik zal geenszins de goede zorg van Rijks- en Gemeente-
toezicht ontkennen.