30 JULI 1930. 459 den. Ik neem aan, dat deze ambtenaar daarin een volle dagtaak vindt, waarvoor hij per jaar met f 1550,— tot f 1850,— zal worden gehonoreerd. Hij mioet zijn een algemeen ontwikkeld man, die uit eigen oogen weet te zien en die begrip heeft van administratie het belang van de gemeente brengt dit m.i. mee en dani lijkt mij een maximum salaris van f 200,— per maand geens zins overdreven. Hoewel ik veel voel voor een algeheele verlaging van het salaris- en loonpeil van het gemeente-personeel, komt mij hier een verhooging gewenscht voor, omdat een juiste onderlinge verhouding in de salarissen en loonen in de eerste plaats noodig is. Om een voorbeeld te noemen, verdient een vakman (tim merman of metselaar) in dienst der gemeente ongeveer 52 X f 36,— f 1872,terwijl de ambtenaar in kwestie met f 1550,— zal beginnen. Wethouder VAN BUITENEN zegt, dat men steeds van meening kan verschillen over de waardeering van dienstpres- taties. Spr. kan zich dan ook zeer wel indenken, dat men in' de meening kan verkeeren, dat deze functie hooger gesala rieerd moet worden. De Commissie voor het Georganiseerd Overleg heeft evenwel geadviseerd de man in Groep II te plaatsen. Spr. vergelijkt deze functie met die van bode bij het Burgerlijk Armbestuur. Deze bode heeft ongeveer een soort gelijke taak; misschien heeft hij wat minder administratieve kennis noodig, doch over het algemeen komen deze beide betrekkingen vrijwel met elkaar overeen. Daarom hebben Burgemeester en Wethouders gemeend zich bij het advies van de Commisssie voor het georganiseerd overleg te moeten aansluiten. Zonder verdere bedenkingen wordt daarop con form het voorstel van Burgemeester en Wethou ders besloten.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1930 | | pagina 459