588 29 OCTOBER 1930. 21. Adres van J. J. de Mor ree, namens de N. V. Elec- trische Schoorsteenmantel- en Rolluikenfabriek „Brabant" verzoekende ontheffing van art. 15 der Bouwverordening voor het bouwen van een magazijn aan de Molengrachtschestraat no. 35. De heer MEIJV1S wenscht, ter bespoediging van de afwik keling dezer aangelegenheid, dit adres te stellen in handen van Burgemeester en Wethouders ter afdoening, daar bij een niet spoedige behandeling het ontslag van arbeiders daarvan het gevolg kan zijn. De VOORZITTER meent, dat de desbetreffende veror dening zulks niet toelaat. Men kan die verordening niet inter preteeren naar aanleiding van dergelijke bijkomstigheden. Mocht blijken, dat Burgemeester en Wethouders bevoegd zijn dit af te doen, dan zullen zij zulks ook doen. Het lijkt Spr. daarom het beste dit adres te stellen in handen van Burge meester en Wethouders om prae-advies. Ten slotte merkt Spr. op, dat zich hier weer eens de moeilijkheid manifesteert, art. 15 der Bouwverordening in zijn huidigen vorm te hand haven. Daarop wordt besloten het adres in handen van Burgemeester en Wethouders te stellen om prae-advies. 22. Adres van L. H o o ij d o n k, verzoekende ontheffing van art. 15 der Bouwverordening ten behoeve van' de ver bouwing van het winkelhuis aan den Ginnekenweg no. 73. 23. Adres van J. C. R o c k x, verzoekende ontheffing van art. 15 der Bouwverordening ten behoeve van de verbouwing van het winkelhuis aan de Eindstraat no. 7.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1930 | | pagina 588