592
29 OCTOBER 1930.
De heer VAN WERKHOOVEN verklaart die vraag te heb
ben gesteld, naar aanleiding van de onder de punten 28 en
29 voorkomende voorstellen, welke voortvloeien uit de ver
nietiging van raadsbesluiten, waarbij de inwilliging van soort
gelijke verzoeken was geweigerd.
De VOORZI I TER zegt, dat die beslissingen steunen op
andere gronden.
Zonder verdere bedenkingen wordt daarop con
form het voorstel van Burgemeester en Wethou
ders besloten.
27. Gunstig prae-advies van Burgemeester en Wethouders,
op het verzoek van het bestuur der R. K- u.l.o. school aan
de Baronielaan om beschikbaarstelling van gelden ex art. 72
der L. O.-Wet voor de aanschaffing van leermiddelen.
Zonder eenige bedenking wordt dienovereen
komstig besloten.
28. Prae-advies van Burgemeester en Wethouders, op het
verzoek van het bestuur der Stichting „Nutsschool Breda",
om beschikbaarstelling van gelden ex art. 72 der L. O.-Wet
voor de aanschaffing van leerboeken, luidende als volgt:
„Door het bestuur der Stichting „Nutsschool Breda" wordt,
„blijkens bijgevoegde aanvrage, Uwe medewerking verzocht
„voor de aanschaffing van leerboeken ten behoeve van de
„onder gemeld bestuur staande Jongens- en Meisjesscholen
„voor gewoon en uitgebreid lager onderwijs aan de Catha-
„rinastraat en Bouwerijstraat alhier. Ten aanzien van deze
„aanvrage wordt het volgende opgemerkt:
„Bij de wijziging der L. O.-Wet van 16 Februari 1923
„Iwerden de kosten der 'aanschaffing van „nieuwe leer- en
„hulpmiddelen" gebracht onder de uitgaven waarvoor gelden
