29 OCTOBER 1930.
603
bruggetje onnoodig zal worden; het terrein zal ter plaatse
genormaliseerd kunnen worden.
Den heer M e ij v i s merkt Spr. op, dat de fabriek van de
firma C o s ij n op zoodanigen afstand van de school is
gelegen, dat men geen hinder daarvan zal ondervinden.
Met betrekking tot de vraag van den heer Haaiman zegt
Spr., dat men de kosten van oprichting van deze school
ecnigszins kan afmeten naar die van andere scholen, welke
iets eerder zijn opgericht; .de school aan de Zandberglaan
b.v. heeft 50 a 60 mille gekost; de Teresia-school kost ook
ongeveer zooveel.
De heer SCHRAUWEN hoopt, dat de voorgenomen
schoolbouw er toe zal leiden, dat de mestvaalt verplaatst
wordt. Spr. is zelf bewoner van dit stadskwartier e:i weet uit
ondervinding, dat vooral bij Westenwind de stank onhoud
baar is.
De heer VAN DE VEN dankt de Voorzitter voor zijn
inlichtingen. Spr. blijft zich evenwel verwonderen over het
feit, dat Inspectie en Schoolbestuur de voorgestelde plaats
goedgekeurd hebben. Spr. laat de verantwoordelijkheid daar
voor over aan het schoolbestuur.
.De heer MEIJVIS betreurt het, dat de Reinigingscommissie
en de Gezondheidscommissie in deze niet gehoord zijn. In
het jaarverslag van laatstgenoemde instelling over 1928 komen
uitvoerige mededeelingen voor in zake hinder van stank van
de mestvaalt, terwijl in het verslag over het jaar 1929 daarop
wordt teruggekomen. Spr. begrijpt .niet, dat met die opmer
kingen geen reEening wordt gehouden. Hij vindt het onver
antwoordelijk op die plaats een school op te richten.
De VOORZITTER merkt op, dat de Reinigingsco-^ missie
toch niets met deze zaak te maken heeft; als een pa.^uiier