29 OCTOBER 1930.
623
Wat den doorgang van de Mimosastraat naar de Zand
berglaan betreft, zegt Spr., dat daar vroeger een open bouw
terrein was, hetwelk sinds een halfjaar voor een groot deel
is bebouwd. De eigenaren .hebben het terrein nu afgesloten,
opdat de tuin vrij zou zijn. Zij hebben, aldus handelende,
niet meer gedaan dan waartoe zij volgens de Bouwverorde
ning verplicht waren.
Spr. is het met den heer Ku ij laars eens, dat het brugje
in de Ploegstraat verbetering behoeft, maar men kan niet
alles ineens doen. Er moet eerst overleg worden gepleegd
met het Gemeentebestuur van Ginneken, daar het brugje ge
meenschappelijk eigendom is, zulks ten einde een oplossing
te verkrijgen, welke beide gemeenten bevredigt. Doortrekking
van de bestrating en rioleering tot „De Blaauwe Kei" zou
zeer kostbaar zijn. Bovendien loopt de weg daar dood. Spr.
is van meening, dat men beter zal doen daarmede nog wat
te wachten.
Naar aanleiding van een desbetreffende opmerking van den
heer Broos deelt Spr. mede, dat aan het einde van de Tul
penstraat bij de Zandberglaan inderdaad een stukje grond is
gebleken te liggen, hetwelk nog het eigendom is van een
particulier, echter niet van één der eigenaren met wie de ge
meente al zoo lang onderhandeld heeft. Spr. begrijpt niet,
waarom deze zich zoo lang achterbaks gehouden heeft. Er
zal met hem in onderhandeling worden getreden ten einde
de zaak zoo spoedig mogelijk in het reine te brengen.
Ten .slotte de kwestie: openbare aanbesteding of eigen
beheer. Het is voor Spr. en ook voor het College geen axioma,
dat per sé openbare aanbesteding of per sé uitvoering in eigen
oeheer moet plaats hebben. Om alle werken in eigen beheer
uit te voeren, acht Spr. niet gewenscht; in dat geval wordt
de gemeente aanneemster, doch zij moet „directie" blijven.
Alleen kleinere werken zijn geschikt om in eigen beheer uit
gevoerd te worden; men beschikt daarvoor over het noodige
personeel en materiaal. Somtijds .kunnen er ook omstandig
heden zijn die het gewenscht maken om ook grootere werken
