624
29 OCTOBER 1930.
in eigen beheer uit te voeren, doch deze doen zich hier niet
voor, naar het Spr. voorkomt. Tegen het uitvoeren in eigen
beheer van belangrijke werken als het onderhavige dient in
't algemeen ernstig te worden gewaarschuwd; zulks mag zeer
zeker geen regel zijn.
De heer Van Houten heeft er op gewezen, dat in het
jaar 1929 wel 3 K-M. rioleering in eigen beheer is uitgevoerd
Dit is evenwel het totaal bedrag van verschillende kleinere
werken. Men kan zulks niet als argument aanvoeren om één
groot werk van 5.2 K-M. in eigen beheer te nemen; daarvoor
komt heel wat anders kijken. De vergelijking van den heer
Van Houten gaat dan ook niet op.
Verder heeft de heer Van Houten beweerd, dat uit
voering in eigen beheer goedkooper is dan openbare aanbe
steding en heeft daarbij het rioleeringswerk aan de Dijklaan
als voorbeeld aangehaald. Spr. geeft toe, dat bedoeld werk
is meegevallen, maar dit mag geen reden zijn om nu te gaan
generaliseeren.
Vervolgens pleit in dit geval tegen uitvoering in eigen be
heer, dat, in verband met andere werken die ongeveer gelijk
tijdig in uitvoering komen, er kans bestaat dat men gebrek
zou gaan krijgen aan geschoolde werkkrachten. Ook zou men
veel en duur materieel moeten aanschaffen voor een dergelijk
groot werk, zooals bokken, hijschkranen, pompen enz. enz.
en daar zulke omvangrijke werken niet telkens aan de orde
zijn, zouden die dure materialen later ongebruikt en renteloos
op de werf liggen, hetgeen zeer zeker - alhoewel niet zoo
tastbaar een financieel nadeel voor de gemeente zou be-
teekenen.
Ten slotte zegt Spr., dat openbare aanbesteding niet mede
brengt, dat er geen verdere aandacht wordt geschonken aan
de Bredasche werkloozen. Burgemeester en Wethouders zullen
in het bestek een bepaling opnemen, dat het personeel zoo
mogelijk voor 90 °/0 uit Bredasche arbeiders moet bestaan.
In de practijk komt dit eigenlijk neer op 100%, want bij uit
voering in eigen beheer heeft men ook zijn vast personeel,