29 OCTOBER 1930.
629
de door den Wethouder gebezigde uitdrukking: „ongeschikte
elementen". Dit zijn namelijk degenen, die niet met hijschkra-
nen e.d. kunnen werken.
Ten slotte zegt Spr., dat de heer Van Houten in zijn
uitvoerig betoog niets steekhoudends ten aanzien van eigen
beheer te berde heeft gebracht. „De Directeur van Openbare
Werken is niet tegen uitvoering in eigen beheer" zegt hij,
maar men kan met hetzelfde recht zeggen, dat deze niet tegen
openbare aanbesteding is. Het is trouwens goed, dat de Direc
teur van Openbare Werken zich hierover niet uitspreekt,
tenzij met behoorlijke motieven. Verder heeft de heer Van
Houten gezegd, dat eigen beheer goedkooper is, maar hij
toont dit met geen enkel cijfer aan. Waar Spr. vooral op wil
wijzen is, dat uitvoering in eigen beheer van een werk van
eenigen omvang alleen reeds niet deugt, omdat men niet be
schikt over een voldoend aantal geschoolde uitvoerders.
De heer KUIJLAARS erkent op het gebied van bestratings
materiaal niet zoo deskundig te zijn als de heeren V a n V e e n
en Zijl mans, doch hetgeen hij zooeven over koperslakkeien
heeft gezegd is niet zijn persoonlijke meening maar van een
deskundige. Uit die bron neut Spr. vernomen, dat koperslak
keien in Duitschland op-den duur niet voldoen. De heer
Van Veen heeft in dit verband den Belcrumpolder als
voorbeeld aangehaald, doch Spr. heeft met eigen oogen ge
zien, dat de koperslakkelen daar meer afgesleten zijn dan de
andere keisoorten.
Wat het bruggetje in de Ploegstraat betreft, lijkt het Spr.
het beste 'toe, de verbetering daarvan in dit plan te betrekken.
Men is nu eenmaal toch me, een groot werk bezig, zoodat
dit in ééne moeite doorgaat; de kosten zullen dientengevolge
ook minder bedragen. Spr. dringt derhalve op spoedig over
leg met Ginneken aan.
Doortrekking van de bestrating en rioleering der Molen-
grachtschestraat tot „de Blaauwe Kei" acht Spr. niet zoo
kostbaar, daar hierop de baatbelasting toegepast kan worden.