632
29 OCTOBER 1930.
Het voorstel-Van Houten wordt daarop in
stemming gebracht en verworpen met 16 tegen
6 stemmen.
Tegende heeren Z ij 1 m a n s, Van Veen, Broos,
Ku ij laars, Van de Ven, Van der Ven, Van Oos
terum, Brantjes, Van Buitenen, Van Groenen-
dael, Van Mierlo, Es bach, Elich, Schrauwen,
Cerutti en Loonen.
Voorde heeren Haaiman, G r u ij s, Van Houten,
Me ij vis, Van Bedaf en Van Werkhooven.
Het voorstel van Burgemeester en Wethouders
wordt daarop zonder hoofdelijke stemming aan
genomen.
De VOORZITTER merkt nog op, dat, als de aanbesteding
eenigszins belangrijk boven de begrooting mocht uitvallen,
Burgemeester en Wethouders zullen overwegen het werk in
eigen beheer uit te voeren.
47. Voorstel van Burgemeester en Wethouders^, tot het
verkenen van een crediet. groot f 55.000. voor bestrating en
rioleering van eer gedeelte van den Bredascheweg, luidende
als volgt;
„Wij hebben de eer U hierbij aan te bieden een voorstel
„tot aanleg van bestrating en rioleering in een deel van den
„Rijksweg Breda-Princenhage en in het Westeinde. Deze
„werken zijn noodig tengevolge van den bouw van 157 wo
ningen op een perceel bij het Westeinde, waartoe de Raad
„in zijn vergadering van 5 Februari 1930 besloot.
„Zooals bijgaande teekening aantoont, zal de rioleering
„voor zoover het den weg Breda-Princenhage betreft in het
„trottoir worden gelegd, zulks naar aanleiding van het feit