29 OCTOBER 1930. 647 heeft gezegd, dat dit voorstel is gebaseerd op een raadsbesluit. Spr. ontkent zulks; wei nebben de heer Van de Ven en diens medestanders bij de behandeling der laatste gemeente- begrooting den wensch te kennen gegeven, dat er in 1930 een honderdtal arbeiderswoningen in den Belcrumpolder zou den worden gebouwd. Spr. is met den heer Zij lmans van meening, dat in verband met de ophanden zijnde volkstelling, die ons volgens Burgemeester en Wethouders ook .een voldoend overzicht zal geven van de woningbehoefte, er alle aanleiding is om een beslissing in deze eenige maanden op te schorten. Het gaat toch bij Spr. niet zoozeer om de vraag, of er woningen noodig zijn, dan wel juist woningen met een huurprijs van f 5,50 per week. Het opschuivingssysteem, dat geheel ver ouderd is, acht Spr. uit den booze. Met de bewoning van de krotwoningen in de binnenstad zal het volgens Spr. zoo'n vaart niet Ioopen; zij zullen vanzelf niet meer bewoond wor den; het meerendeel wordt trouwens reeds als pakhuis ge bruikt. Ook is het noodig, dat bij die gelegenheid de financiering van verderen woningbouw in den breede wordt bezien, iets waarop ook reeds vroeger van andere zijde is aangedrongen. Uit een technisch oogpunt heeft Spr. tegen deze woningen weinig bezwaar; de woningen van type A althans onder scheiden zich gunstig van de laatstelijk door de gemeente aan het Dijkplein gebouwde woningen, omdat de zolderver dieping over de volle oppervlakte bruikbaar is zonder bij zondere meerdere kosten. De heer VAN DER VEN zegt, dat hij de meening van de heeren Z ij 1 m a n s en Van Veen, om met dezen woning bouw te wachten totdat de resultaten van de woningtelling bekend zijn, niet kan deelen. Verder heeft de heer Van Veen nog gezegd, dat het niet zoo erg is gesteld met de krotwoningen in de binnenstad, omdat reeds vele daarvan gebruikt worden als pakhuisSpr. zou de heer Van Veen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1930 | | pagina 647