652 29 OCTOBER 1930. bewijs voor de behoefte aan de voorgestelde arbeiderswo ningen. Spr. gelooft wel, dat er veel menschen zijn, die een andere woning willen hebben, maar of zij die noodig hebben, is nog de vraag. Als er inderdaad woningen noodig zijn, zal Spr. gaarne zijn stem aan daarop betrekking hebbende voorstellen geven, van welke zijde de bouwaanvragen ook komen. De heer Van Mierlo heeft er op gewezen, dat deze woningbouw het totstandkomen van den voorgenomen kerk en schoolbouw aan den Terheijdenscheweg zal bevorderen. Zijns inziens is dat geen reden om het voorstel van Burge meester en Wethouders te aanvaarden; woningen komen er vanzelf als de kerk en de school er staan. De heer Van de Ven heeft gezegd, dat Spr. een somber geluid heeft doen hooren. De tijdsomstandigheden zijn er naar om somber gestemd te zijn, zegt Spr. Voorts merkt Spr. op, dat de huren van vele kleine wo ningen in deze gemeente in den laatsten tijd zijn gedaald; er zijn woningen, waarvan de huurprijs van f 35,op f 30, per maand is teruggebracht. Men krijgt op die manier in de toekomst arbeiderswoningen genoeg in Breda. Het wil hem ook voorkomen, dat particuliere bouwondernemers altijd beter in staat zijn goedkoope arbeiderswoningen te bouwen dan bouwvereenigingen of de gemeente. Zou men daarom niet beter hypotheek kunnen verschaffen aan particuliere bouwers of hun den grond, voor arbeiderswoningbouw be stemd, goedkooper kunnen geven? Spr. geeft het College van Burgemeester en Wethouders in overweging, een en ander eens na te gaan. Ten slotte stelt Spr. voor, de verdere behandeling van dit punt aan te houden totdat de woningtelling gehouden is; de toestand is volgens Spr. niet van dien aard, dat de zaak geen langer uitstel lijden kan. De heer VAN DE VEN zegt, dat er bij sommigen twijfel, is gerezen, of hier indertijd wel een besluit is genomen in zake

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1930 | | pagina 652