10 DECEMBER 1930. 713 vorige vergadering), met nader schrijven van Burgemeester en Wethouders, luidende als voigt: „Den 10 October j.l. bereikte U ons voorstel tot beschïk,- ..baarstelling van een terrein aan het R. K- Kerkbestuur van „de H. Teresia .oor den bouw eener school aan de Lunet- „straat Dit voorstel werd in Uw vergadering van den 29 „October j.l. aan de orde gesteld. Naar aanleiding van het „door Uw Raad geuit verzoek om alsnog het advies der „Gezondheidscommissie te onderwerpelijker zake in te winnen, „hebben wij de eer U hierbij een afschrift van het advies over „te leggen. Tevens voegen wij hierbij de door ons, in verband „met dit advies, verzochte zienswijze ten aanzien van de plaats ^der school van de Directeuren der Openbare Werken en „Gemeenterciniging. Hieruit moge U blijken, dat de door de „Gezondheidscommissie naar voren gebrachte bezwaren niet „van dien aard zijn, dat het terrein voor den bouw eener „school ongeschikt zou zijn. „W,ij hebben derhalve de eer U voor te stellen te willen „besluiten overeenkomstig ons weder hierbijgaand voorstel „d.d. 10 October 1930, No. V/2034." De heer MEIJVIS zegt, dat men nu heeft kunnen zien, dat het toch wel zin heeft gehad het advies van de Gezondheids commissie in te winnen. Wel hebben de beide Directeuren in hun advies getracht de ernstige bezwaren, door de Ge zondheidscommissie tegen dit plan ingebracht, goed te praten, maar voor den ingewijde zijn zij daarin niet geslaagd. Deze weet immers, dat het vervoer van gier trots de processen- verbaal toch plaats heeft. „De stank van de verbrandingsoven is heel zelden merkbaar", zeggen de Directeuren in hun rap port, zij ontkennen dus .niet, dat die oven inderdaad stank- verspreidt. Spr. heeft zich bij het doorlezen van dat rapport afgevraagd, of hetgeen daarin beweerd wordt soms als motief zal moeten dienen om het terrein van de Gemeente-Reiniging te verbeteren en niet te verplaatsen. De Directeuren zeggen verder in hun rapport, ,dat de cadavers, die daar begraven,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1930 | | pagina 713