10 DECEMBER 1930. 725 door de oven niet rist is, dat 1 zal zijn, orden ge it met een ig in zake neester en n aan de e als voor r het ant- onder den en tegelijk rensysteem m dat sys- .len het r ons land lgd. Er is gdelijk of uitkomsten over de at jaar be de etmaal- kunnen de met twee hts 18.000 ijk is twee i33 er toch volgens de overgelegde berekening geen financieel nadeel oplevert den bouw twee jaar eerder te deen plaats hebben, hebben Burge meester en Wethouders gemeend dit den Raad te moeten oorstellen. Op de vraag van den heer Van H o u t e n, of het huidige ovensysteem in 1940 niet verouderd zal zijn, antwoordt Spr., dat het een van de modernste systemen is, zoodat voor ver oudering binnen zoo'n kort tijdsbestek geen vrees behoeft te bestaan. Een andere vraag is, of men na 1940 nog geheel op den ouden voel zal kunnen doorgaan. Als de toename van het verbruik zoo groot is als zich laat aanzien, dan is het niet uitgesloten, dat over een jaar of tien weer aan vergrooting! van de capaciteit moet worden gedacht, b.v. door verbouwing ter plaatse jf nieuwbouw elders. Verder heeft de heer Van Houten gevraagd, of die nieuwe oven niet door een Hollandsche firma geleverd kan worden. Spr. kan daarop antwoorden, dat er in Nederland wel enkele firma's zijn, die ovens leveren, doch van kleinere afmetingen, die bezwaarlijk met de bestaande te combineeren zijn en b.v. een geheel andere bediening eischen. Daar het bestaande systeem uitstekend voldoet, is er ook geen reden daarmee te breken. De heer VAN VEEN zegt, dat het antwoord van de Staats mijnen hem ten zeerste bevreemdt, omdat hem ter oore was gekomen, dat het in het voornemen lag ook West-Noordbra bant van mijngas te voorzien. Spr. zou daarom gaarne zien, dat de briefwisseling met de Staatsmijnen voor de raadsleden ter visie werd gelegd, desnoods onder geheimhouding. Im mers, het kan zijn, dat de weigering slechts yoorloopig be doeld is en dat de Staatsmijnen ons over eenige jaren wü gas zouden kunnen leveren op aannemelijke voorwaarden; in dat geval zou Spr. er voor zijn om nu de ovens te herstellen en met het bouwen van den vijfden oven te wachten.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1930 | | pagina 725