762
10 DECEMBER 1930.
dachtengang van den heer Broos wel indenken; hetzelfde
geldt ook voor de Kerstgave; ook deze zou ook in andere
behoeftige gezinnen welkom zijn. Maar, als schroom die
menschen weerhoudt om naar het Burgerlijk Armbestuur 'te
gaan, hebben zij het aan zich zelf te wijten, dat zij van een
en ander niet kunnen profiteeren.
Wat nu Spr.'s amendement betreft; dit is ingediend omdat
de werkloozen er volgens het voorstel van Burgemeester en
Wethouders niet op vooruitgaan. Spr. en zijn fractiegenooten
meenen, dat er iets verder moet worden gegaan dan verleden
jaar en wel om de volgende redenen. Het vorige jaar waren
er einde November 187 werkloozen ingeschreven; op het
oogenblik bedraagt dit aantal 500, terwijl er gegronde vrees
bestaat, dat het nog zal toenemen. Dit teekent voldoende den
toestand. Daarbij komt, dat de werkloosheid tengevolge van
den slechten economischen toestand dit jaar reeds vroeger
is aangevangen dan verleden jaar, zoodat men dus al langer
in kommervolle omstandigheden heeft verkeerd. Er is dan
ook wel reden om ditmaal iets verder te gaan. Wat 'Spr. en
zijn partijgenoot Meijvis voorstellen, is niet onredelijk.
Het komt hierop neer, dat dezelfde bedragen als verleden jaar
worden uitgekeerd en bovendien 2 H.L. cokes wordt verstrekt.
Daarnaast heeft men het verzoek van den Plaatselijken Raad
om gedurende de wintermaanden regelmatig cokes te verstrek
ken. Natuurlijk zullen de weersomstandigheden daarbij als
maatstaf moeten dienen. Wat de kosten betreft; deze zullen,
aannemende dat er 500 werkloozen zijn, van wie 80 °/0 ge
huwd of kostwinner, f 200,per week beloopen, daar1
men in dat geval wekelijks 400 H.L. cokes zal noodig hebben.
Wat het geven van een wekelijkschen huurtoeslag aangaat,
zouden Spr. en zijn fractiegenooten voor het oogenblik ge
noegen kunnen nemen, met een principieele uitspraak van
den Raad.