5 FEBRUARI 1930. 99 tot toe- 'erharding als volgt: n voorstel Kolfbaan- poortbrug. leter bree- egel matige niet overal cateren in )e in deze te gebrui- ervangen. baanstraat Iverklaring van één at niet in :ie E. 955 s van dat lerceel be- Openbare chts is er wijze van enscht het voor alge soortgelijk uitvoering ons voor istraat een machtigen De heer ZIJLMANS zegt het volgende: Dit werk is noodig en ik kan mij met de uitvoering „dan ook zeer goed vereenigen, mits het grondwerk, het leggen der rioleering met fundeering en het maken der controle- putten publiek wordt aanbesteed. Het straatwerk en het aankoopen van de rioolbuizen, de straatkolken e.d. zou de gemeente zelf moeten doen. Bij aanbesteding ontgaan wij dan den verderen aankoop van hulpmateriaal, waarvoor thans weer een post van f 3200,-- is uitgetrokken, terwijl de enkele geroutineerde krachten, waarover de gemeente beschikt om zulk werk in eigen beheer uit te voeren, voor ander werk beschikbaar blijven, wat hoog noodig is. Aan de bedoeling der Gemeentewet, die openbare aanbe steding als regel stelt om licht te begrijpen reden, is dan tevens voldaan. De heer LOONEN spreekt er zijn bevreemding over uit, dat er door Burgemeester en Wethouders zoo weinig rekening is gehouden met het advies der Bouwcommissie. Spr. doet zien vervolgens kennen als een voorstander van openbare aanbesteding. De heer BROOS zegt het volgende: Mijnheer de Voorzitter. Nadat in de raadsvergadering van 15 November 1.1. een crediet was toegestaan voor het verbeteren van een gedeelte van de Leurschestraat, doet het mij genoegen, dat Burge meester en Wethouders met dit plan bij den Raad zijn ge komen tot bestrating van en verbetering van de rioleering in de Kolfbaanstraat, waardoor aan een zeer ongewenschten toestand in beide straten een einde zal komen. Verder doet het mij genoegen, dat Burgemeester en Wet houders hebben geprae-adviseerd om dit werk te laten uit voeren in eigen beheer, wat mijns inziens bij dit werk verre de voorkeur verdient boven publieke aanbesteding, daar dit

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1930 | | pagina 99