18 DECEMBER 1931
1093
Den VOORZITTER komt het 't beste voor, zich tot den
Armenraad te wenden om mededeeling, wanneer het rapport
is te wachten. Is het antwoord niet bevredigend, dan kan de
Raad altijd nog zelf de zaak ter hand nemen.
De heer GRUIJS merkt op, dat de Voorzitter vanmiddag
heeft gezegd, dat de Armenraad goed werkte door te zorgen
voor kostelooze voeding enz. Nu heeft Spr. evenwel later^
vernomen, dat dit van een particuliere commissie uitgaat. Hij
zou gaarne weten, hoe dat nu eigenlijk in elkaar zit.
De VOORZITTER antwoordt, dat de Armenraad een
commissie in het leven heeft geroepen, die zich met het ver
strekken van kostelooze voeding enz. zal belasten. Het werk
van den Armenraad bestaat daarin, dat hij het mogelijk heeft
gemaakt, dat reeds a.s. Maandag 21 dezer een aanvang kan
worden gemaakt met het kosteloos verstrekken van voedsel,
voorloopig één of tweemaal per week; later kan dat wellicht
driemaal per week geschieden. De commissie bestaat uit een
voorzitter, den heer L o o m a n s, een secretaresse, Mejuf
frouw Scheuer en drie andere leden.
De heer GRUIJS dankt den Voorziter voor diens in
lichtingen.
De heer MEIJVIS kan zich neerleggen bij de toezegging
van Burgemeester en Wethouders, dat, als de Armenraad
niets doet om den woeker te bestrijden, zij met een voorstel
bij den Raad zullen komen om zelf de zaak ter hand te nemen.
Spr. acht het wenschelijk om dan tegelijkertijd onder de oogen
te zien het z.g. prikstelsel, dat door sommige winkeliers is
ingevoerd, aangezien dit een funeste werking heeft en er toe
medewerkt om de menschen het geld uit den zak te kloppen.
Hij zou gaarne zien, dat daarop toezicht vanwege de politie
werd uitgeoefend.