18 DECEMBER 1931 1095 debat, in verband met de huidige samenstelling van den Raad, niet vruchtdragend kan zijn; het is een kwestie van principe. Burgemeester en Wethouders nemen te dien aanzien een ander standpunt in, een standpunt, hetwelk Spr. kan billijken, maar hij meent, nu dit kan, zijn voorstel te moeten hand haven om den electriciteitsprijs met 2 cents te verlagen. Ten slotte zegt Spr. gaarne te zullen vernemen, waarom de rente van het reservefonds zoo aanmerkelijk lager is ge raamd dan het vorig jaSr. De heer VAN HOUTEN deelt mede, dat eenigen tijd ge leden door een bewoner van het Liniestraatje is verzocht om den weg en de verlichting ter plaatse te verbeteren. Burge meester en Wethouders hebben toen geantwoord, dat daar voor gezorgd zou worden. Dit is evenwel niet gebeurd. Die zelfde man heeft aansluiting gevraagd aan het kabelnet dei- gemeente. Ook dit werd toegestaan, mits hij zelf voor het maken van de aansluiting zorg droeg. De man heeft toen een en ander in orde laten brengen, maar kreeg van de directie van ,,De Faam", in haar hoedanigheid van eigenares van den grond, opdracht om de werkzaamheden te staken en den ouden toestand te herstellen. Bedoelde persoon heeft nu onnoodig kosten gemaakt en werkzaamheden verricht op aanwijzing van een gemeente-opzichter. Spr. zou willen ver zoeken om bij dergelijke gelegenheden een nauwkeuriger on derzoek te doen instellen, opdat zulks in het vervolg worde voorkomen. De heer VAN DE VEN verklaart, dat hij in normale tijden niet zou aarzelen om te stemmen voor verlaging van den electriciteitsprijs, maar onder de tegenwoordige omstandig heden acht hij het beter, dat geen enkele bron van inkomsten verloren gaat. Spr. vindt de samenkoppeling van de bedrijfs- politiek en de algemeene financieele politiek der gemeente geen principieele kwestie, maar eenvoudig een kwestie van

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1931 | | pagina 1095