1116 18 DECEMBER 1931 niet de maanden, waarin het meest wordt geslacht. Men zou de winst over 1931 dan ook veilig kunnen ramen op 6 X 6000,36.000,De daling van de prijzen van het vee, vooral van de varkens, heeft tengevolge gehad, dat zoowel het verbruik als het aantal slachtingen is toegenomen. De laatste maanden van het jaar is er dan ook aanmerkelijk meer geslacht geworden. Ook de export-slachtingen hebben daartoe bijgedragen. Het zooeven door Spr. geraamde winst cijfer over 1931, afgeleid uit de resultaten van de eerste twee maanden van het jaar, mag dus wel als een minimum gelden. Wat de export-slachtingen betreft, wil Spr. een fout van zich zelf herstellen. Hij heeft zich namelijk in het Centraal Rapport vergist met de inkomsten uit de export-slachtingen op 40.000.te ramen. Dit kwam doordat hij in de meening verkeerde, dat voor deze slachtingen andere tarieven golden; het genoemde bedrag is dus onjuist. Toch is het bedrag, dat daarvoor op de begrooting is geraamd, nu niet zoo hoog. In de laatste maanden van dit jaar zijn gemiddeld 250 varkens voor export geslacht. Men heeft daarbij niet gehoord van uitbreiding van personeel of diensttijd, zoodat al hetgeen die export-slachtingen hebben opgebracht, zuiver winst is ge weest. Die opbrengst zal dus niet onaanzienlijk hooger zijn geweest dan het bedrag, waarop de inkomsten uit de export slachtingen over 1932 worden geraamd. Men zou derhalve de totale winst van het bedrijf over 1931 gevoeglijk kunnen ramen op 40.000.doch aangenomen, dat Spr. te opti mistisch is geweest, zou men desnoods het winstcijfer zeer veilig kunnen stellen op 30.000.Ieder zal het er mede eens zijn, dat dit een mooi winstcijfer is voor het eerste exploitatie-jaar van een nieuw bedrijf. Wat de winstbestemming betreft, staat Spr. aan de zijde van den heer E 1 i c h. Toen men het Slachthuisbedrijf heeft opgezet, is door Spr. gezegd, dat men nu een bedrijf ging oprichten voor een zekere categorie ingezetenen, die daarvan gebruik moet maken. Immers, wie slager is, moet daar slach ten; de verordening bepaalt nu eenmaal, dat er niets buiten

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1931 | | pagina 1116