1138
21 DECEMBER 1931
3. Geloofsbrieven van het nieuwbenoemd lid van den
Raad A. C. B. v a n A r e n d o n k.
De VOORZITTER stelt voor, deze stukken ter fine van
onderzoek en rapport te stellen in handen eener Commissie
van drie leden.
Hiertoe besloten zijnde en op verlangen van
den Raad, dat de Voorzitter die commissieleden
zal aanwijzen, worden door hem als zoodanig
aangewezen de heeren Broos, G r u ij s en
M a b e 1 i s.
De vergadering wordt thans voor eenige oogenblikken
geschorst, ten einde de Commissie in de gelegenheid te stellen,
de geloofsbrieven te onderzoeken.
Na heropening der vergadering rapporteert de commissie
bij monde van den heer G r u ij s, dat zij de overgelegde
stukken heeft onderzocht en in orde bevonden, weshalve zij
adviseert deze goed te keuren en te besluiten tot toelating
van den heer Van Arendonk.
Niemand der leden hiertegen eenige bedenking
te kennen gevende, noch stemming verlangende,
wordt besloten, den heer A. C, B. van Aren-
donk toe te laten als lid van den Gemeenteraad.
4. Schrijven van den Voorzitter van het Centraal Stem
bureau voor de verkiezing van leden van den Raad der
gemeente Breda, berichtende dat van den heer A. C. B. v a n
Arendonk bericht is ontvangen, dat hij zijn benoeming
tot lid van den Raad aanneemt.
De VOORZITTER stelt voor, dit schrijven voor kennis
geving aan te nemen.
Daartoe wordt besloten.