21 DECEMBER 1931 1145 „fing van den hiervóór gemelden autobus, voor het doen „vervoeren van arbeiders naar de werkverschaffing in de „Alphensche bergen, verhoogd met het aan den heer „Ir. F i c k toekomend commissieloon; ,,2e. ons te machtigen om een toeslag van 50 op het ver- „diende loon aan iederen te werk gestelden arbeider te „doen uitkeeren; ,,3e. de uitgaven onder le en 2e vermeld te doen bestrijden „uit den post „werkverschaffing aan werkloozen", voor komende op de gemeentebegrooting." De heer MEI}VIS zou gaarne van Burgemeester en Wet houders het antwoord vernemen op eenige vragen, welke bij hem over dit onderwerp zijn gerezen. Het voorstel is op ver schillende punten nogal onduidelijk. Wel herinnert Spr. zich, clat deze aangelegenheid indertijd in de Commissie voor de werkverschaffing reeds overwogen is, doch dit is zoo lang geleden, dat hier mogelijk andere regelingen worden voor gesteld dan toen zijn besproken. In het voorstel dan, wordt gesproken van een loon van 24 cent 4- een toeslag, maar Spr. zou van Burgemeester en Wethouders willen hooren, welk loon nu precies zal worden uitbetaald, zoowel per uur als in aangenomen werk, bij regen- verzuim, op feestdagen, enz. Voorts zou Spr. gaarne ver nemen, of er op het werk een behoorlijke schaftkeet aan wezig zal zijn en of het reisgeld, dat Burgemeester en Wet houders op ƒ2.becijferen, al of niet van het weekgeld zal worden afgetrokken. De heer GRUIJS wijst op de tegenstrijdigheid, dat een dertigtal menschen zal worden te werk gesteld, terwijl de aan te koopen autobus slechts plaats biedt aan 28 man. Moeten de 2 overschietenden misschien naar Alphen loopen? Wethouder VAN BUITENEN doet het genoegen, de vragen van den heer M e ij v i s alle tot diens voldoening te

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1931 | | pagina 1145