GEMEENTEBEGROOTING. 21 DECEMBER 1931 1147 Wethouder VAN BUITENEN zegt, dat het in de be doeling ligt, indien dat althans mogelijk is, één der te-werk- gestelden als chauffeur aan te wijzen. Niemand overigens eenige bedenking hebbende, wordt overeenkomstig het voorstel van Burge meester en Wethouders besloten. 16. Voortzetting van de behandeling der gemeentebegroo. ting voor het dienstjaar 1932. De VOORZITTER stelt aan de orde de artikelsgewijze behandeling der gemeente-begrooting voor het jaar 1932. (GEWONE DIENST). Hoofdstuk I, Vroegere Diensten. Wordt zonder eenige bedenking goedgekeurd en vastgesteld. Hoofdstuk II, Algemeen Beheer. De heer HAALMAN acht het hier de juiste gelegenheid, nogmaals te wijzen op een zaak, welke reeds meermalen in den Raad is ter sprake gebracht, en waarop blijkbaar niet genoeg kan worden aangedrongen: n.l. de samenwerking tus- schen de verschillende gemeentediensten en -bedrijven. Spr. heeft den indruk, dat die samenwerking niet geheel en al vol doende is; b.v. er worden meermalen in de stad straten opge broken en weer dichtgemaakt, terwijl men dan een paar dagen later een anderen dienst hetzelfde ziet doen. Een ander voor beeld is, volgens Spr., de wijze, waarop het plan betreffende het aanbouwen van een wachtlokaal aan het Openbaar Slacht-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1931 | | pagina 1147