23 DECEMBER 1931 1227 dat verzoek zoo spoedig mogelijk voldeed. Voorts vraagt Spr., of het niet noodig is, in verband hiermede, een post op de begrooting te brengen. Het Nationaal Crisiscomité heeft besloten een bedrag van 10 cent per inwoner beschikbaar te stellen, mits de gemeente er een zelfde bedrag bij legt. Voor Breda zou dit een som van rond 4500 uitmaken. Spr. zou de gelegenheid om dit bedrag te kunnen verkrijgen, niet willen laten voorbijgaan en geeft dan ook in overweging, een uit gaafpost van 4500 op de begrooting te stellen. Wethouder VAN BUITENEN zet uiteen, dat het in- stellen van een afzonderlijken post nog niet noodig is, aan gezien Burgemeester en Wethouders het door den heer K r o o n e genoemde bedrag voorloopig zullen kunnen putten uit den post „Steun aan uitgetrokken werkloozen De VOORZITTER zegt, dat het in zijn bedoeling ligt, binnen zeer korten tijd eenige daarvoor in aanmerking komende personen bijeen te roepen, ten einde over de samen stelling van een plaatselijk crisiscomité te beraadslagen. De heer VAN HOUTEN wenscht thans even terug te komen op het door den heer Van de Ven tot den heer M e ij v i s ien Spr. gerichte verwijt, dat zij zich op een sociaal-democratische vergadering minachtend zouden heb ben uitgelaten over het comité tot verstrekking van voedsel, ingesteld door den Armenraad. Tegen dit verwijt moet Spr. protesteeren, aangezien het een onwaarheid bevat. In die vergadering is niets vernederends gezegd, alleen is daar uit eengezet, het verschil in standpunt betreffende de kwestie van voedselverstrekking aan behoeftigen tusschen de sociaal democraten en de katholieken. Spr. staat op het standpunt, dat het verkeerd is, de menschen te noodzaken, met een pannetje eten over de straat te gaan loopen. Velen achten zich daarvoor te goed. Bovendien is het geheel onnoodig, want men kan de menschen even goed bonnen verstrekken

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1931 | | pagina 1227