M De ambtenaar in quaestie is dr.van kranendonk Duffels,direc
teur van den gemeentelijken geneeskundigen en gezondheidsdienst
alhier.In den loop van 1950 was ons gebleken,dat deze ambtenaar
declaraties van reis- en verblijfkosten inzond,welke niet geheel
overeenkomstig de waarheid waren.Zulks heeft geleid tot een
onderzoek,dat door het college van B.en Vii. aan den Burgemeester
en iethouder Mr.Van Maerlo was opgedragen.Deze brachten daarom
trent in het najaar van 1950 rapport uit aan B.en Vv. Daarin wrerd
vermeld,dat inderdaad nader aangeduide en overgelegde declaraties
bleken te zijn in strijd met de waarheid.Ook ten aanzien van
apothekers-rekeningen rezen ernstige bedenkingen,wijl bestellingen
voor den dienst ook bestellingen voor eigen gebruik inhielden.
Voorts werden bezwaren gerelateerd betreffende minder juiste
gedrs.gingen ten aanzien van administratie en auto-gebruik.
De directeur is natuurlijk gehoord.De slotsom was,dat naar het
oordeel van ons college de directeur niet zonder meer moest worden
gehandhaafd;dat dit zeer zeker niet buiten den gemeenteraad om
zou kunnen geschieden.Om den directeur en zijn gezin zoo weinig
mogelijk te schaden, v/erd hem gelegenheid gegeven naar een andere
functie om te zien alvorens door ons aan de zaak verder rucht
baarheid zou worden gegeven.In dezerzijdsch schrijven van 1 Novem
ber 1950 werd intusschen die gelegenheid wat tijdsduur betreft,
geperkt tot 1 Mei 1951.In een schrijven van 8 December 1951 her
haalt de directeur zijn mondelinge^ spijtbetuigingen,verklaart
elke herhaling van misslagen te zullen voorkomen,deelt mede bereid
te zijn eventueel vast te stellen aan de gemeente berokkende schade
te zullen vergoeden,en bericht er met ernst naar te zullen streven
ten spoëdigste een passende positie elders te verkrijgen,zoodat
hij uiterlijk op 1 Mei 1951 zijn ontslagaanvrage zal kunnen
indienen.Hij verzoekt eventueele verlenging ban den termijn,indien
hij met 1 Mei 1951 niet met het verkrijgen van een nieuwe functie