is geslaagd.In lei j.l. schreef de directeur,niettegenstaande
door hem ingestelde pogingen,niet te zijn geslaagd in het
vinden van een andere betrekking.De directeur hernaalde zijn
verzoek hem in dienst te handhaven.Üns college meende zulks
niet te kunnen doen en bleef staan opbet standpunt,dat slechts
de Baad daartoe kon besluiten.Gelijk begrijpelijk,gaf de
directeur er de voorkeur aan van functie te veranderen boven
ter kennisbrenging van het geval bij Uw Baad.Ten einde de zaak
niet op de lange baan te breng en, overigens1 zooveel mogelijk^,
tekening houdend met de wel zeer ernstige gevolgen,welke een
ontslag - zonder plaatsing elders - voor den belanghebbende
zou hebben,hebben wij den directeur geraden terstond (in Mei)
zijn ontslagaanvraag bij B.en W. in te zenden ter kennisbren
ging van aen naad on het einde van oeotember 19bl.lntusschen
zou zijn dienstverband in elk geval tot 1 November 19ol kunnen
duren,waardoor de gelegenheid om een functie te vinden werd
verruimd.
Aangezien de directeur alsnog hierin niet geslaagd is,meenen
wij de zaak niet buiten Uw kennisneming te mogen houden.De
directeur wenscht liever de zaak aldus voor U te zien gebracht,
dan in den vorm van een ontslagaanvraag zelf een einde aan zijn
dienstverband te maken.
Wij stellen U voor een commissie van drie leden uit Uw midden
buiten de leden van het college •- te benoemen ten einde van de
zaak kennis te nemen,eventueel door haar gewenschte personen
te hooren,en U verslag uit te brengen.
Indien U de benoeming aan ons college wenscht over te laten
zouden wij willen aanwijzen:
de heeren h.L.A.van de Ven
P.G.Gruijs, en
MrJ .Pleijte. '1