y 23 FEBRUARI 1931. 135 het Grondbedrijf, in dat bedrijf moeten worden gebracht, luidende als volgt: „Den 1 Januari j.l. is in werking getreden de verorde- „ning op het beheer van het grondbedrijf (gemeenteblad ,,no. 501.) „Ingevolge artikel 1 dezer verordening vallen alleen onder „het beheer van dit bedrijf die gronden, welke daartoe bij „een besluit van Uw Raad zijn aangewezen. „Naar onze meening behooren te worden ingebracht de „gronden, vermeld op bijgaande staten en nader in groene „kleur aangeduid op de mede hierbijgevoegde teekening. „Voor den inbreng dezer gronden welke alle reeds „vóór het in werking treden van genoemde verordening in „het bezit dezer gemeente waren zijn regelen gegeven „in art. 2 en art. 25 der verordening. „Daaruit blijkt, dat, met uitzondering van de gronden in „den Belcrumpolder welke worden ingebracht voor de „door ons becijferde waarde op 1 Januari 1929 de „inbreng geschiedt tegen de geschatte waarde óf, wanneer „de op die gronden rustende schuld hooger is dan die „geschatte waarde, tegen het bedrag dier schuld. „Met deze waardeschatting wordt belast een commissie „van schatting, bestaande uit drie leden, die door Uw Raad „worden benoemd en waartoe dezerzijds een voorstel zal „worden gedaan. „Verder bepaalt art. 11, dat de ingebrachte gronden naar „ligging of bestemming overeenkomstig Uw besluit moeten „worden gesplitst in complexen. „Deze splitsing hebben wij ons gedacht als volgt: „Complex I. gronden Belcrumpolder „Complex IIWilhelminasingel „Complex IIIBoeimeer; „Complex IVachter Dijklaan. „De complexen zijn op bijgaande teekening door roode „cirkels omlijnd.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1931 | | pagina 135