J
23 FEBRUARI 1931.
139
een uitkeering van 100 van de werkloozenkas,
het bedrag van steunuitkeering, vermeerderd met
kindertoeslag, veelal een te klein verschil zal geven
met een eventueel te verdienen loon.
5. Tot verhooging van den kindertoeslag van f 0,50 op
f 1.— per kind en per week, in het algemeen kun-
n,en wij U niet adviseeren, om dezelfde reden als
onder 4 bedoeld. Om echter eenige verlichting te
brengen daar, waar zulks het meest noodig is, n.l.
in de gezinnen met vele niet verdienende kinderen,
geven wij U in overweging, den kindertoeslag van
f 0.50 per kind en per week behoudend voor de
eerste twee kinderen, deze beginnend met het derde
kind met f 0,50 te verhoogen en te brengen op f 1,—
per kind en per week. Ten behoeve van de toepas
sing dezer verhooging moet dan het bedrag genoemd
in art. 2 met f 1 overschreden kunnen worden.
6. Dit voorste] beoogt wijziging van art. 5, tweede lid
der steunregeling in dien geest, dat uitkeering kan
worden verleend, indien de inkomsten van het gezin
minder dan f 22.per week bedragen. Ons college
stelt voor, dit bedrag te bepalen op f 20.per
week. Resumeerende, hebben wij de eer U voor te
stellen
1. den kindertoeslag, bedoeld in art. 2 der steunrege
ling te wijzigen in dien geest, dat f 0,50 per kind
en per week voor de eerste twee kinderen blijve
uitgekeerd en f 1,per kind en per week voor elk
kind daarbovendat ten behoeve van de toepassing
van den verhoogden kindertoeslag het bedrag genoemd
in art. 2 der steunregeling met een gulden mag
worden overschreden en de steunregeling dienover
eenkomstig te wijzigen