216
26 FEBRUARI 1931.
om deze begrooting sluitend te maken.
Wat de batige saldo's betreft, geeft Spr. toe, dat het na
tuurlijk kan voorkomen, dat er overschotten in een dienst
jaar zijn. Spr. wil slechts de overschotten reserveeren voor
het bestrijden van crisisuitgaven.
Thans wil Spr. nog iets zeggen over de omtrent zijn per
soon gedane uitlatingen. Spr. is in deze raadzaal al meer
malen „de kop van Jut" geweest. De heer Kroone heeft
getracht bij Spr. een oude wonde open te rijten.
Dienaangaande wil Spr opmerken, dat op het oogenblik
hier zetelt de Raad, volgens den uitslag der in 1927 en niet
die der in 1923 gehouden verkiezingen. Het door den heer
Kroone geciteerde is alzoo oude kost.
Ook Spr. heeft het destijds geschrevene ten zeerste ge
griefd. Gisteren heeft Spr. echter uitdrukkelijk doen uitkomen,
dat de tijd alles heeltook de door den heer Kroone gedachte
wonde is volkomen hersteld.
Ook in de R. K. raadsfractie is trouwens niet altijd alles
koek en ei. Spr verwijst in dit verband naar de in 1925
door den heer Kroone ingediende motie, waarbij de wet
houders werden uitgenoodigd hun zetel ter beschikking van
den Raad te willen stellen. Toen acht dagen later het Kerstfeest
was gevierd en er dus „vrede op aarde" was, was er ook
in de R. K. raadsfractie weer vrede. Spr. meent, dat, wat de
R. K. raadsfractie in 8 dagen wist te bereiken, de S.D.A.P.
en hij na 8 jaren hadden verkregen. Met een variant op
het opschrift dat in deze raadzaal op een der wanden prijkt,
wil Spr. besluiten met te zeggen, dat de heilige eendracht
is het zout, dat in de toekomst de Sociaal-Democratische
raadsfractie in wezen houdt. Spr. zal voor zijn verhuizing
geen kosten in rekening brengen.
De heer KROONE zegt het volgende
De heer Haaiman komt terug op hetgeen ik gisteren
heb geciteerd uit het verkiezingsorgaan der S.D.A.P. om
trent zijn uittreden uit de Sociaal-Democratische Arbeiders-