26 FEBRUARI 1931. 263 Art. 8. Stroominkoop. De heer VAN VEEN verzoekt Burgemeester en Wethou ders nogmaals, er bij de P.N.E.M. op aan te dringen, dat voor de gemeenten een vast differentieel tarief van stroominkoop wordt vastgesteld, evenals zulks voor de groot-industrie is geschied. Wethouder ESBACEI wijst erop, dat het stroomleverings- contract met de P.N.E.M. pas kort geleden is hernieuwd. De prijs, welke Breda thans moet betalen is nog gunstig, vergeleken bij die van andere gemeenten, zoodat Breda niet het eerst aan de beurt is om te klagen. De heer VAN VEEN blijft het gemis van een tarief een leemte achten en zou zich tot den Minister willen wen den, als onderhandelingen met de P.N.E.M. niet tot het gewenschte resultaat mochten leiden. De VOORZITTER meent, dat, nu het contract pas een jaar oud is, men geen succes van zulk een actie zal hebben. Beter is het, over twee jaar, tegen de beëindiging van het contract, nieuwe stappen te doen. Zonder verdere opmerkingen wordt alsnu de begrooting van het Electriciteitsbedrijf goedgekeurd en vastgesteld. Gasbedrijf. De heer VAN HOUTEN zegt het volgende Mijnheer de Voorzitter. Meerdere malen is reeds aangedrongen op verlaging van meterhuur en van installatiehuur.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1931 | | pagina 263