280 27 FEBRUARI 1931. ken, acht Spr. onverdiend. Burgemeester en Wethouders hebben geheel te goeder trouw de door Burgemeester en Wethouders van Ginneken schriftelijk gedane toezegging geaccepteerd. Dat er later in Ginneken een onsympathieke campagne is opgezet, welke een ander besluit van den Raad tengevolge had, is niet de schuld van het College van Bur gemeester en Wethouders. Overigens is Spr. van meening, dat de gang van zaken op het Slachthuis thans reeds zeer veel verbeterd is, nu men eenige ervaring heeft opgedaan. De uitgereikte bewijzen van toegang tot verbindingsgang en voorkoelhuis acht Spr. voldoende. Wat betreft het voorstel van Burgemeester en Wethou ders, waarbij de sleutelkwestie opnieuw ter sprake wordt gebracht, herinnert Spr. eraan, dat, toen de Raad zich des tijds daarover uitsprak, men geen enkele ervaring had op het gebied van Slachthuisexploitatie. Thans blijkt het wen- schelijk, met het oog op een goede hygiënische controle, de regeling eenigszins te wijzigen. Spr. heeft in een bro chure van de Vereeniging van Slachthuisdirecteuren gelezen, dat in vrijwel alle slachthuizen de Directeur beschikt over een sleutel van de koelcellen. De formeele bezwaren, welke de heer Haaiman, door aanhaling van talrijke wetsartikelen, naar voren heeft gebracht, zullen dus niet zoo heel groot zijn, terwijl de practijk elders ook wel zal hebben uitgewe zen, dat de Directeur een sleutel behoort te hebben. Spr. is er dan ook voor, de zaak van practisch standpunt te be kijken en het voorstel van Burgemeester en Wethouders te accepteeren. De heer COHEN meent als bekend te mogen veronder stellen, dat hij, wat de sleutelkwestie betreft, op het zelfde standpunt staat als de heer Haaiman. De Slachthuiscom missie heeft destijds unaniem geadviseerd, den Directeur geen sleutel te geven. Heeft men zulke slechte ervaringen met de koelcellen opgedaan, dat men nu reeds van systeem wil veranderen Spr. heeft daarvan niets vernomen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1931 | | pagina 280