28
5 JANUARI 1931
Mitsdien hebben wij de eer U voor te stellen de aan de
„Vereeniging Breda Vooruit toegekende subsidie van
„f 100.— te beginnen met het jaar 1931 te verhoogen tot
„f 500.—."
De heer HAALMAN stelt voor, dit adres bij de behan-
deling van de gemeente-begrooting voor 1931 af te doen.
Men heeft dan gelegenheid de financiën der gemeente in
haar geheel onder de oogen te zien en de verschillende
subsidie-bedragen daaraan één voor één te toetsen, iets wat
blijkens de bij de gemeente-begrooting voor 1931 overgeleg
de nota hoog noodig isimmers, Burgemeester en Wethou
ders zeggen daarin, dat de toenemende schuldenlast tot
voorzichtigheid maant bij het noteeren van gelden voor niet
productieve werken. Het verwondert Spr. dan ook, dat
Burgemeester en Wethouders thans met dit voorstel komen,
te meer daar het hier een aanzienlijke verhooging van het
subsidiebedrag geldt.
Wethouder VAN MIERLO wil verklaren, waarom Burge
meester en Wethouders nu met dit voorstel komen. De
Vereeniging „Breda Vooruit" bezat tot dusver een zeer
actieven secretaris, die geheel belangeloos zijn werkzaam
heden verrichtte. Nu het secretariaat is opengevallen heeft
men geruimen tijd naar een zoodanigen secretaris gezocht,
doch men is er niet in geslaagd weer zoo iemand te vinden.
De zaken dreigen thans een minder geregeld en derhalve
ongewenscht verloop te krijgen, want, zooals Spr. is verteld,
zijn de werkzaamheden, welke aan het secretariaat zijn ver
bonden, omvangrijker dan menigeen denkt. Burgemeester en
Wethouders hebben daarom gemeend, de Vereeniging te
moeten helpen. Men moet hierbij niet uit het oog verliezen,
dat „Breda Vooruit" voortdurend met het Gemeente
bestuur samenwerkt, o. m. bij het houden van congressen en
de daarbij voorkomende huisvesting van congressistenzij