372 2 MAART 1931. en Wethouders in uitzicht gestelde overleg met „Toonkunst", in zake het op ruimere schaal verschaffen van goedkoopere toegangskaarten voor de concerten der Arnhemsche Orkest- Vereeniging, reeds heeft plaats gehad. Vervolgens zegt Spr., dat het hem voorkomt meer juist te zijn, dat voor de subsidieering dier concerten niet uit den algemeenen post voor kosten van muziekuitvoeringen wordt geput, doch daarvoor bij afzonderlijk raadsbesluit een subsidie aan „Toonkunst" wordt toegestaan. De VOORZITTER zegt, dat men dit niet als een subsidie-verleening aan „Toonkunst" moet beschouwen; „Toonkunst" en de Gemeente geven beide subsidie om het geven van concerten door de Arnhemsche Orkest-Vereeniging mogelijk te maken. Het doet Spr. genoegen hier te kunnen mededeelen, dat de toeloop tot die concerten toeneemt en dat in overleg met „Toonkunst" het verstrekken van goed koopere toegangskaarten wordt uitgebreid o.a. tot de leden van Breda's Mannenkoor." De post wordt daarop goedgekeurd. Volgnummer 707. Subsidie aan de Afd. Breda van het Instituut voor Arbeidersontwikkeling. De heer BRANTJES verklaart altijd met plezier te hebben medegewerkt aan het verleenen van deze subsidie. Spr. is echter teleurgesteld in de keuze van een tooneelstuk, dat de Afdeeling voor haar leden dreigde op te voeren. Spr. en zijn fractiegenooten zullen nu nog voor het verleenen van deze subsidie stemmen. Zij zullen echter overwegen, of zij zulks een volgend jaar nog zullen doendit zal van de houding van het Afdeelingsbestuur afhangen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1931 | | pagina 372