442 31 MAART 1931. heeft medegewerkt. Spr. zegt het oprecht te betreuren, dat men een zoo bekwaam Directeur, wegens het bereiken van den leeftijdsgrens, binnenkort zal moeten missen. De VOORZITTER merkt op, dat ook de heer De Groot, directeur van den Gemeentelijken Reinigingsdienst in Den Haag, aan de samenstelling van het rapport heeft medege werkt. Spr. brengt hier dezen functionaris een woord van hulde voor diens technische voorlichting en waardevolle adviezen. Men had de oplossing van dit vraagstuk eerst in andere richting gezocht. Dit bleek evenwel niet mogelijk wegens gebrek aan medewerking in de buitengemeenten. De faeca- liën-putten moeten nu nog voorloopig op het terrein aan wezig blijven. Spr. hoopt echter, dat de Lunetstraat, welke toegang geeft tot een volkrijke woonwijk, binnen enkele jaren een behoorlijk aanzien zal hebben. Zonder hoofdelijke stemming wordt daarop conform de voorstellen van Burgemeester en Wethouders, vermeld onder de punten 31a en 31b der agenda, besloten. 32. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, met betrekking tot de door de Gedeputeerde Staten geopperde bezwaren in zake beschikbaarstelling van een terrein aan de Lunetstraat voor den bouw eener bijzondere lagere school, luidende als volgt „Naar aanleiding van inliggend schrijven van Gedepu teerde Staten dezer provincie betreffende beschikbaarstelling „van een terrein aan de Lunetstraat voor den bouw eener „zevenklassige bijzondere jongensschool, waartoe door Uwen „Raad bij besluit d.d. 10 December 1930 is besloten, heb- „ben wij de eer U het volgende te berichten

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1931 | | pagina 442