31 MAART 1931.
453
zijn geheele winst aan boete kwijt
Het spreekt vanzelf, dat onder dergelijke onereuze bepa
lingen de aannemers niet kunnen inschrijven, omdat het
risico van de boeten te groot is.
Ik neem aan, dat Burgemeester en Wethouders ten aan
zien van de strekking van dit bestek misleid zijn en stel
voor, hen uit te noodigen dit in overleg met de Bouwcom
missie te doen herzien en ten spoedigste opnieuw aan te
besteden.
De heer BROOS verklaart van meet af aan, de voorkeur
te hebben gegeven aan uitvoering van deze werkzaamheden
in eigen beheer, in de eerste plaats omdat daarbij vele
werkloozen te werk zijn te stellen en ook omdat hij de
meening is toegedaan, dat uitvoering in eigen beheer meer
in het belang van de Gemeente isimmers, de winst van
de aannemers komt dan te vervallen en men behoeft geen
z.g. „opzetjes" te vreezen. Spr. is destijds met het voorstel
van Burgemeester en Wethouders tot openbare aanbesteding
medegegaan enkel en alleen omdat de Directeur van
Openbare Werken het werk te omvangrijk achtte voor uit
voering in eigen beheer en omdat in het bestek zou worden
bepaald, dat het aantal arbeidskrachten voor 90 uit
Bredanaars moest bestaan. Spr. kan zich niet indenken, dat,
zooals de heer Van Veen veronderstelt, de dienst van
Openbare Werken met opzet het bestek zoo zou hebben
samengesteld, dat de aanbesteding mislukken moest. Het
verheugt Spr., dat Burgemeester en Wethouders hun belofte
aan den heer Schrauwen, hier bij de behandeling van
het voorstel tot openbare aanbesteding afgelegd namelijk
dat, wanneer de aanbesteding ver boven de begrooting
uit ging, Burgemeester en Wethouders niet zouden
schromen het werk in eigen beheer uit te voeren gestand
hebben gedaan. Nu de zaak zoo staat, kan Spr. zich niet
met het voorstel van den heer Van Veen vereenigen.