30 APRIL 1931.
475
nimmer geheel of gedeeltelijk als woning worde
ingericht of gebruikt
c. dat op de overblijvende open ruimte niets worde
gebouwd of opgericht;
d. dat, ter voldoening aan art. 5 der Woningwet, de
vereischte teekeningen, ingericht volgens art. 105 der
Bouwverordening, aan Burgemeester en Wethouders
ter goedkeuring worden aangeboden
e. dat, wanneer binnen zes maanden na de dagteekening
van dit besluit van de verleende ontheffing geen
gebruik is gemaakt, deze geacht wordt niet te zijn
verleend
en onder bepaling, dat, bij niet-voldoen aan een dezer
voorwaarden de verleende ontheffing vervalt.
9. Prae-advies van Burgemeester en Wethouders op de
aanvraag van J. A. W. de la Cour om ontheffing van art.
15 der Bouwverordening voor het verbouwen van een
bergplaats op het perceel Halstraat no 21.
De heer LOONEN kan zich niet met het afwijzend prae-
advies vereenigen. Waar de belangen van de omwonenden
door de voorgenomen verbouwing niet zullen worden
geschaad, zou Spr. het verzoek willen zien ingewilligd.
Adressant heeft groote behoefte aan een ruimere werkplaats
door diens verzoek af te wijzen, zou hij gehandicapt worden
in zijn bedrijf.
De heer ZIJLMANS heeft den toestand ter plaatse
gezien. Hij is het niet eens met de adviezen van de
Gezondheidscommissie en den Directeur van Openbare