510 30 APRIL 1931. beweging te Breda, ieder een bedrag van f 100,— toe te kennen als bijdrage in de kosten door deze organisaties gemaakt en nog te maken ten aanzien van ontwikkelings- en ontspanningsavonden voor werkloozen. De VOORZITTER geeft in overweging, de motie te stellen in handen van Burgemeester en Wethouders om prae-advies. De heer HAALMAN zegt, dat de werkloosheidskassen thans te zwaar belast zijn om de kosten voor het organi- seeren van ontspannings- en ontwikkelingsavonden voor werkloozen geheel te kunnen dragen. Daarom behoort volgens Spr. de Gemeente aanvullend op te treden. Hij verzoekt dus den Raad daartoe te besluiten. Spr. vraagt niet alleen steun voor een instelling van zijn richting, maar ook voor een andere. Ook in dit geval ziet Spr. zich gedwongen om zich tot den Raad te wenden, daar hem gebleken is, dat Burgemeester en Wethouders afwijzend tegenover de zaak staan. Wethouder VAN BUITENEN verklaart, dat deze aange legenheid nog niet in het College van Burgemeester en Wethouders is besproken. Wel is het Spr. bekend, dat de Katholieke Arbeidersbeweging hier ter stede tot dusver steeds zelf de ontwikkeling en ontspanning voor de werk loozen heeft gefinancierd. Zij stelt er een eer in, dat zelf te doen. Tot nu toe is er dan ook van die zijde geen verzoek om steun ingekomen. De motie wordt hierop in handen van Burge meester en Wethouders gesteld om prae-advies. 42. Motie van het raadslid P. Haaiman, luidende als

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1931 | | pagina 510