550 23 JUNI 1931. Wethouders nog steeds op het standpunt staan, dat het niet op den weg der gemeente ligt te dezer zake gelde- lijken steun te verleenen, aangezien de onderwerpelijke subsidieering moet worden geacht tot de taak van het Rijk te behooren. Zonder verdere opmerkingen wordt daarop conform het prae-advies van Burgemeester en Wethouders besloten. 35. Prae-advies van Burgemeester en Wethouders op een subsidie-aanvrage van de N. V. Zuid-Nederlandsche Stoomtramweg-Maatschappij, luidende als volgt: „Van de N. V. Zuid Nederlandsche Stoomtramweg „Maatschappij, gevestigd te Breda, is een verzoek ingeko- „men om over 1931 een bijdrage te verleenen van f 0.10 „per inwoner, ten einde haar in staat te stellen aan haar „verplichtingen te voldoen. „Door achteruitgang van het goederenvervoer tengevolge „van de heerschende malaise is de N. V. in financieele „moeilijkheden geraakt. „Het Rijk en de Provincie zijn geneigd resp. de helft en „een vierde gedeelte van het tekort, in totaal groot „f 52798.75 te dekken indien de belanghebbende gemeenten „te zamen eveneens een vierde van dat tekort, zijnde „f 13199.68 voor eenmaal voor hun rekening nemen. „De Maatschappij heeft meer dan 40 jaren de streekbe- „langen gediend, zonder financieelen steun van Provincie „en Gemeenten. Het belang der streek eischt het voortbe staan der Maatschappij. „Op grond hiervan stellen wij Uwen Raad voor het „verzoek in te willigen, onder voorwaarde dat ook andere „belanghebbende gemeenten op het verzoek gunstig beslissen. „Een ontwerp-besluit gaat hierbij."

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1931 | | pagina 550