29 JULI 1931. 611 14. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot verkoop van een perceel grond in den Belcrumpolder, gelegen op den hoek van de Minister Kanstraat, ter grootte van 600 M2, aan A. J. van Ra v es te ij n, autobuson dernemer, tegen een prijs van f 8,50 per M2. De heer VAN VEEN zegt, dat dit voorstel eigenlijk vooruitloopt op punt 27 der agenda, waarbij de hier bedoelde grond voor besloten bebouwing wordt aangewezen. Nu zal Spr. er niet op aandringen dit voorstel na punt 27 te behandelen, doch er mede volstaan te verklaren, dat hij het er niet mede eens is om dezen grond, welke door zijn ligging zoo bij uitstek geschikt is voor industrie-terrein, voor woningbouw te bestemmen. Wethouder VAN MIERLO merkt op, dat toen er indertijd een verkaveling van de gronden in den Belcrumpolder is opgemaakt, waarbij deze zijn gesplitst in bouw- en industrie terreinen, men niet wist, hoe de exploitatie van den polder zich zou ontwikkelen. De terreinen in den omtrek van de haven zijn toen voor industrieele doeleinden aangewezen. In de practijk is evenwel langzamerhand meer behoefte aan bouwterrein gebleken. En nu zijn Burgemeester en Wet houders van oordeel, dat, wat het zwaarste is, ook het zwaarste moet wegen. Wat heeft men er trouwens aan, een terrein van eenige honderden M2 voor industrieele doelein den te bewarenmen zou dan het geheele complex voor- loopig renteloos moeten laten liggen, want naar het zich laat inzien, is er weinig kans om in de naaste toekomst dit terrein voor industrie-doeleinden te verkoopen. Spr. begrijpt niet, wat er eigenlijk tegen kan zijn om dit perceeltje grond te verkoopen aan een autobusondernemer, d.w.z. iemand, die een bedrijf uitoefent dat men in zekeren zin ook als een soort industrie kan aanmerken, want het betreft hier slechts één woning, doch meerdere groote garages; z.i. moet men juist bevorderen, dat dergelijke ondernemingen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1931 | | pagina 611