29 JULI 1931. 633 De VOORZITTER vraagt zich af, hoe het mogelijk is, dat men van Burgemeester en Wethouders een ander prae- advies dan het onderhavige heeft kunnen verwachten. Het voorstel van de Salariscommissie, om den directeur der Beplantingen ook naar Groep XI der Salarisregeling over te brengen, is immers een jaar geleden met groote meerder heid door den Raad verworpen en sedertdien is er hoege naamd niets veranderd. Dit is een onomstootelijk feit en het lijstje van losse werklieden, door den heer Zijl mans hier te berde gebracht kan daar niets aan veranderen. Immers, ook vóór dien tijd was er werkverschaffing op bosch en heide. Deze kan overigens geen basis voor salarisbepaling vormen. Trouwens, voor den directeur der Beplantingen geeft die werkverschaffing weinig werk. De eigenlijke leiding daarbij heeft een vroeger geemployeerde bij het Staatsboschbeheer, thans in dienst van de gemeente, die volkomen met dergelijk werk bekend is en over speciale ervaring op het gebied van boschbouw beschikt. De direc teur draagt natuurlijk de verantwoordelijkheid. Indien de heer Zijl mans zijn gegevens heeft van belang hebbende zelf, dan keurt Spr. af, dat hij die aan den heer Zijl mans verstrekt en zich daarmee niet tot Burgemeester en Wethouders wendt, met het verzoek, die bij het prae- advies te gebruiken. Indien de belanghebbende meent, dat Burgemeester en Wethouders den Raad onjuist of niet goed inlichten, dan staat de weg bij Burgemeester en Wethouders open ter nadere informatie. De heer Cerutti heeft er dingen bijgehaald, die hier niet thuis behoorendat de functie van directeur der Beplan tingen wel door een tuinbaas zou kunnen worden uitge oefend, is hier niet gezegd. Men moet in deze overigens niet den persoon in het geding brengen hetgeen hier al te zeer geschiedtwaardeering voor den persoon is op zich zelf niet noodig voor bepaling van diens salaris. Dat de tegenwoordige directeur geschikt voor zijn ambt is, behoort men als vanzelfsprekend te beschouwen zulks verdient geen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1931 | | pagina 633