30 JULI 1931.
665
„Veilingkade te besluiten en tot dat doel een crediet van
„f 6000,— beschikbaar te stellen. Een ontwerp-besluit tot
„wijziging der gemeente-begrooting voor het dienstjaar 1931
„gaat hierbij."
De heer ZIJLMANS verklaart, dat hij zich in de Bouw
commissie al tegen dit voorstel heeft uitgesprokenhij zal
derhalve tegenstemmen.
De heer BROOS betoogt, dat de voorgestelde uitbreiding
noodig is. Voor een deel zou wellicht op andere wijze in
de behoefte aan losgelegenheid kunnen worden voorzien,
doch daardoor zou een ongewenschte toestand ontstaan. Spr.
zal dan ook voor het voorstel stemmen.
De heer VAN VEEN is het met den heer Zijl mans
eens. Spr. is in de gelegenheid geweest om gedurende een
paar jaar bijna dagelijks de scheepvaartbeweging aan de
Veilingkade en aan de Industriekade gade te slaan en heeft
daarbij den indruk gekregen, dat de goederen, welke niet
met de veiling te maken hebben, zeer wel aan de Indus
triekade geladen en gelost kunnen worden. Hij acht de
voorgestelde uitbreiding van de Veilingkade dan ook mo
menteel niet noodig.
Wethouder VAN MIERLO zegt, dat hij zich kan voor
stellen, dat er leden zijn, die het betwijfelen, of de voorge
stelde uitbreiding op het oogenblik noodig is. De zaak
dateert evenwel reeds van geruimen tijd geleden. De onder
vinding heeft sindsdien geleerd, dat men op sommige
momenten over meer ruimte moet kunnen beschikken. Men
kan de drukte in de haven niet gaan regelener zullen
dagen zijn dat er volop plaats in de haven is, doch het
komt ook menigmaal voor, dat er zooveel schepen tegelijk
