19 AUGUSTUS 1931.
701
26. Schrijven van den Burgemeester van Breda, geleidende
een schrijven van het Brandweercollege, waarin de
opmerkingen, door het raadslid J. M. M e ij v i s in de
raadsvergadering van 30 Juli j.l. gemaakt, worden
weerlegd (no. V/2124).
Tegenwoordigde heeren A. W. ZIJLMANS, W. L. A.
VAN DE VEN, Ir. W. VAN VEEN, F. F. X. CERUTTI,
TH. P. ELICH, J. N. KROONE, J. M. MEIJVIS, H. J.
VAN HOUTEN, A. BROOS, L. G. VAN BEDAF, P.
HAALMAN, H. J. VAN OOSTERUM, A. SCHRAUWEN,
P. A. KUIJLAARS, C. L. M. BRANTJES, A. H. C. VAN
NOORT, H. J. VAN DER VEN, P. G. GRUIJS, J. J. VAN
BUITENEN, B. COHEN, Mr. E. L. H. M. VAN MIERLO,
G. P. P. ESBAGH en A. A. J. M. LOONEN.
Afwezigde heeren J. C. VAN DEN BOOM, N. J. H.
VAN GROENENDAEL, H. J. MOLL en J. J. A. VAN
WERKHOOVEN.
Voorzitter: de heer Mr. Dr. W. G. A. VAN SONSBEECK,
burgemeester.
Secretarisde heer H. H. JONKERGOUW.
De VOORZITTER opent de vergadering en deelt mede,
dat van de heeren Van den Boom, Moll en Van
Werkhooven bericht is ingekomen, dat zij verhinderd
zijn deze vergadering bij te wonen.
Vervolgens zegt de VOORZITTER, dat de notulen van
het verhandelde in de vergadering van 23 Juni j.l., over
eenkomstig het bepaalde in art. 8 van het reglement van