19 AUGUSTUS 1931. 735 Burgemeester en Wethouders dien eisch stellen, alvorens tot uitvoering van het werk wordt overgegaan, dan is men safe. Het lijkt Spr. gewenscht, het in die richting te sturen. De heer ZIJLMANS zegt, dat belanghebbenden ook een bank-garantie kunnen stellen, opdat men zeker is, dat de bijdrage altijd op tijd betaald zal worden. Wethouder VAN MIERLO antwoordt den heer Gruijs, dat het bewuste jaagpad inderdaad niet het eigendom is van Bredahet is bij haar in beheer en onderhoud. De eigenaar kan er dus niets tegen hebben, dat de beschoeiing verbeterd wordt. De VOORZITTER constateert, dat, als de Raad het voor stel van Burgemeester en Wethouders aanneemt, daarmede meteen aan dezen de vrijheid wordt gegeven om de uit voering te doen afhangen van de zekerheid, dat de baat belasting zal inkomen. De heer GRUIJS wijst er nog op, dat de baatbelasting geheven wordt van de gebouwde en ongebouwde eigen dommen c.a., welke aan de Markkade grenzen. Het doet er dus niet toe, wie de eigenaar isde gemeente is dientenge volge altijd safe. Zonder verdere bedenkingen wordt alsnu con form het voorstel van Burgemeester en Wethou ders besloten. 24. Adres van de Commissie voor het organiseeren van ontspanningsavonden gedurende de herhalingsoefeningen voor militairen, verzoekende een bijdrage ad f 200,in de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1931 | | pagina 735