888 4 NOVEMBER 1931. voorstellen en is dan ook van meening, dat de circulaire dreigt misbruikt te worden. Immers, in tal van plaatsen wordt wèl huurtoeslag gegeven, onafhankelijk van het feit, of een steunbedrag van 65%, resp. 70% van het loon bereikt is. Spr. dringt er dan ook krachtig op aan, de voorstellen van hem en zijn partijgenoot Van Houten aan te nemen en ze den Minister ter goedkeuring voor te leggen. Voorts merkt hij op, dat Burgemeester en Wethouders wèl de versoberingscirculaire van den Minister aan den Raad hebben overgelegd, doch niet de steunregelingen van andere gemeenten, zooals Eindhoven, Tilburg, Den Bosch en Helmond. Daaruit zou den Raad zijn gebleken, dat in die gemeenten en ook nog in een 22-tal andere plaatsen wèl een huurbijslag wordt gegeven. Ook is in vele van deze steden een uitkeering ineens verstrekt. Op grond van een en ander trekt Spr. het vermoeden van Burgemeester en Wethouders, dat de Minister zulks niet zou goedkeuren, ernstig in twijfel. En wanneer dit inderdaad het geval mocht zijn, welnu, dan behoort men den Minister zijn beulenwerk maar alleen te laten verrichten en moet de gemeente op eigen kosten bedoelde maatregelen treffen. De VOORZITTER verzoekt den heer Me ij vis dringend, zich oirbaar uit te drukken. De heer MEIJVIS voortgaande, zegt dat Burgemeester en Wethouders ten aanzien van het verstrekken van brandstoffen aan werkloozen iets willen doen. Ook op dit gebied was Breda ten achter bij andere gemeenten. Burgemeester en Wethouders stellen te dien opzichte een ingewikkelde regeling voor. Spr. betwijfelt, of dit nu wel noodig is en vraagt, of die zaak niet eenvoudiger geregeld kan worden. Het wil hem namelijk voorkomen, dat best is te onderzoeken, wie voor cokesverstrekking in aanmerking komen, zonderdat men zich daarvoor behoeft aan te melden.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1931 | | pagina 888