4 NOVEMBER 1931.
909
onrechte een ongunstig licht is geworpen. Men heeft het
voorgesteld alsof de strekking van die circulaire verslechtering
van het werkloozenbestaan is. De waarheid is, dat geen
woord in de circulaire in die richting wijst. De circulaire
gaat van de gedachte uit, dat het bedrijfsleven moet worden
hersteld, iets waarbij de werkloozen geenszins in de laatste
plaats belang hebben. Opdat dit gelukke, moet men ook
bij de steunverleening op een raisonnabele manier te werk
gaan.
Daarop wordt het voorstel van de heeren
Meijvis en Van Houten, tot het verstrekken
van een huurbijslag, in stemming gebracht en
verworpen met 17 tegen 10 stemmen.
Tegen de heeren Pleijte, V enk er, Mabel is, Sch rau
we n, Van der Ven, Ku ij laars, Broos, Elich, Brantjes,
Houben, Loonen, Dirven, Van de Ven, Esbach,
Van Keep, Van Mierlo en Van Buitenen.
Voorde heeren Van Houten, Gruijs, Haaiman,
Kroone, Visser, Kooijman, Meijvis, Crul, Cohen
en Van Bedaf.
Vervolgens wordt in stemming gebracht het
voorstel van de heeren Me ij vis en VanHouten,
tot het doen van een uitkeering ineens, hetwelk
eveneens wordt verworpen met 17 tegen 10
stemmen, waarbij de voor- en tegen-stemmers
dezelfde waren als bij de voorgaande stemming.
Het voorstel van Burgememeester en Wethouders
om hen te machtigen om de twee weken 2 H.L.
cokes te verstrekken aan daarvoor in aanmerking
