204
29 APRIL 1932.
daarom moet men niet alles uitstellen, want dan zou de crisis
nog grooter afmetingen gaan aannemen. Spr. kan de pessi
mistische verwachtingen van den heer Van de Ven niet
deelen; de ervaring, in andere steden met radio-distributie
opgedaan, is, dat ook vele goed-gesitueerden hun toestellen
opruimen en zich doen aansluiten aan het radio-distributie-net.
In alle gemeenten, waar men tot radio-distributie is over
gegaan, is deze een succes geworden; in Zutfen zijn de ver
wachtingen zelfs verre overtroffen. Spr. gelooft dan ook niet,
dat het gewenscht is nog langer met de uitvoering der plannen
te wachten.
De heer VISSER merkt op, dat de heer Van de Ven
het niet wenschelijk acht in dezen tijd van overheidswege
druk op de menschen uit te oefenen om hun uitgaven te ver
meerderen; maar, zegt Spr., dan zou men ook alle propaganda
voor het gebruik van gas en electriciteit moeten nalaten.
Voorts zegt Spr., dat de heer Van de Ven wel moet be
denken, dat, wanneer men de menschen in staat stelt van de
radio te genieten, zij er vanzelf niet meer toe komen om hun
geld buitenshuis te verteren. Er gaat van de radio dan ook
zeer veel opvoedende kracht uit.
De heer VAN KEEP is het volkomen eens met den heer
Van de Ven. Spr. kan geen belang, wel een genoegen
in de radio zien en durft zijn stem niet aan dit voorstel te
geven nu er zoovele groote werken, die inderdaad noodig zijn,
op uitvoering liggen te wachten; hij denkt hierbij o.a. aan den
bouw van een nieuwe Willemsbrug.
De heer CRUL rekent voor, dat er nog 6000 gezinshoofden
overblijven, die in staat kunnen worden geacht om zich bij
het radio-distributie-bedrijf te abonneeren. Als de radio
distributie enkel en alleen een arbeidersbelang zou zijn, dan
zou Spr. er in de tegenwoordige tijdsomstandigheden tegen
zijn, maar, aangezien hij daarvan geenszins overtuigd is, zal
hij voorstemmen.