224 *V 29 APRIL 1932. beroep op het, in de zoo juist genoemde circulaire aangehaalde voorbeeld van een jaarmarkt. Maar, het is z.i. twijfelachtig, of een kermis daarmede gelijk gesteld kan worden en of op deze bepaling de Koninklijke goedkeuring verkregen zal worden. Nog twijfelachtiger staat het volgens Spr. met het voor gestelde onder art. lc. dezer verordening. Burgemeester en Wethouders voeren hiervoor dan ook geen ander argument aan dan aansluiting bij den bestaanden toestand. Spr. geeft nogmaals toe, dat daar iets voor te zeggen is, maar ook hier geldt: de wet schept nieuwe en sanctionneert geen bestaande toestanden. De Zondag vóór St. Nicolaas heeft niets speci fieks plaatselijks. De op dien Zondag te Breda bestaande toestand geldt voor het geheele land. Was het de bedoeling van den wetgever geweest, voor dien Zondag een afwijking van de bepalingen der wet mogelijk te maken, dan was dat zeker landelijk geregeld. Waar in art. 4 der wet allerlei uitzonderlijke voorzieningen voor verschillende Zondagen zijn getroffen, is het niet aan te nemen, dat de Zondag vóór St. Nicolaas daarbij aan de aandacht zou zijn ontsnapt. De bedoeling van den wetgever is duidelijk geweest, dezen Zon dag niet van de algemeen geldende bepalingen uit te sluiten. Bovendien kan toch ook moeilijk worden volgehouden, dat er voor het vrijgeven van dezen Zondag zulk een dringende noodzakelijkheid bestaat. Hoogstens zou er nog iets voor te zeggen zijn, hoewel het Spr.'s standpunt niet is, wanneer de hierbedoelde Zondag onmiddellijk aan St. Nicolaas vooraf gaat, dus op 5 December valt. Valt St. Nicolaas evenwel op Dinsdag of op een der volgende dagen van de week, dan is er voor het open-zijn der winkels op den daaraan vooraf- gaanden Zondag geen enkel steekhoudend argument aan te voeren. De wetgever heeft dit klaarblijkelijk ook zoo gezien. Spr. wil dan ook Burgemeester en Wethouders in overweging geven, deze bepaling, als niet passend in deze verordening, terug te nemen. De VOORZITTER acht het gewenscht, het betoog van

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1932 | | pagina 224