260
29 APRIL 1932.
Artikel 2.
De heer HAALMAN verzoekt den Voorzitter dit artikel
in stemming te brengen.
Het artikel wordt daarop in stemming gebracht
en aangenomen met algemeene stemmen.
Artikel 3.
De heer HAALMAN verzoekt den Voorzitter dit artikel
in stemming te brengen.
Het artikel wordt daarop in stemming gebracht
en aangenomen met algemeene stemmen.
Artikel 4.
De heer HAALMAN verzoekt stemming over zijn op dit
artikel ingediende amendement.
Het amendement-H a a 1 m a n wordt daarop
in stemming gebracht en verworpen met 18
tegen 6 stemmen.
Tegen: de heeren Venker, Kuylaars, Loonen,
Schrauwen, Van Arendonk, Kooyman, Bran-
tjes. Crul, Van der Ven, Elich, Van de Ven,
Mabelis, Van Keep, Esbach, Broos, Van
Buitenen, Van Mierlo en Houben.
Voorde heeren Meyvis, Van Houten, Haai
man, Cohen, Gruys en Visser.
De VOORZITTER in de overtuiging, dat de tijd beter
kan worden besteed en er geen haast bij deze zaak is.
schorst daarop de verdere behandeling van dit ontwerp-
reglement tot een volgende vergadering, waarin er meer
kans is op een vlotte behandeling.