8 JUNI 1932. 321 De heer MEYVIS spreekt nog de hoop uit, dat deze Minister spoedig door de meerderheid zijner partij tot de orde zal worden geroepen, daar het meer dan tijd is. Bovenvermeld schrijven van Burgemeester en Wethouders wordt daarop voor kennisgeving aangenomen. 15. Schrijven van Burgemeester en Wethouders, houdende mededeelingen omtrent het resultaat der in 1931 gehouden woningtelling, luidende als volgt „Zooals U bekend is, werd aan de volkstelling, welke „vóór eenigen tijd werd gehouden, tevens een woningtelling „verbonden. Het resultaat dezer telling, welke omvangrijke „en tijdroovende werkzaamheden vergde, is in bijgaanden „staat aan te treffen. „Daar het doel der gemeentelijke woningtelling was, na „te gaan óf en zoo ja, welk woningtekort in Breda nog „bestaat en dit in hoofdzaak van belang was voor woningen „met een lagen huurprijs in de behoefte aan duurdere „woningen wordt door particulieren woningbouw voldoende „voorzien zijn als grens voor het onderzoek genomen de „woningen met een huurwaarde tot f 7.50 per woning en „per week. Bijgaande gegevens spreken voor zich zelf en „behoeven, naar het ons voorkomt, geen nadere toelichting. „Alleen willen wij wijzen op de cijfers, welke het resultaat „zijn van de beantwoording van vraag 10, waarin naar „voren komt het aantal woningen, dat in iedere huurklasse „aanwezig zou moeten zijn, wanneer wordt afgegaan op de „wenschen der huurders. Het is duidelijk, dat, gezien het „streven van de meeste menschen om zoo goedkoop mogelijk „te wonen, de opgaven der gewenschte huurwaarde eener „nieuwe (d.i. andere) woning zeer zeker aan den lagen kant „zullen zijn. Dit klemt te meer, waar tijdens het verzamelen „der gegevens de gevolgen der moeilijke tijdsomstandigheden „zich reeds begonnen te doen gevoelen, waardoor nog

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1932 | | pagina 321