434
1 AUGUSTUS 1932.
is gevoegd, zoodat de gelden als het ware terstond na aan
vraag gereed liggen, dan zal men toch moeten erkennen, dat
dit College van Burgemeester en Wethouders niet boven de
partijen staat. Spr.'s verontwaardiging gaat dan ook niet over
den inhoud van het prae-advies, maar over het feit, dat al
hetgeen van socialistische zijde op dit gebied wordt gedaan
door Burgemeester en Wethouders als quantité négligeable be
schouwd wordt. Spr. heeft echter nog zooveel vertrouwen in
de meerderheid van den Raad om te verwachten, dat deze
zich in dit geval niet aan de zijde van Burgemeester en Wet
houders zal scharen. Wij leven, zegt Spr., in een moeilijken tijd;
Spr. en zijn fractiegenooten zijn bereid om met de andere leden
leden van den Raad samen te werken om de moeilijkheden te
boven te komen, maar dan is het een eerste vereischte, dat de
liefde niet van één kant komt.
Spr. zal het hierbij laten en de uitspraak van den Raad
afwachten. Mochten Spr. en zijn partij genooten niet als ge
lijkgerechtigden worden behandeld, dan zullen zij daaruit de
noodige consequenties weten te trekken en zich daartegen
verweren met alle middelen, welke hun ten dienste staan. Er
staat ook nog in het prae-advies, dat ook voor niet-Katholieke
werkloozen de gelegenheid openstaat om aan de cursussen
van ,,De Jonge Werkman" deel te nemen. Hieruit blijkt vol
gens Spr. duidelijk, dat hetgeen van socialistische zijde ge
daan is, niet wordt gewaardeerd.
De VOORZITTER: De zaak staat niet zooals U het
voorstelt!
De heer VAN HOUTEN stelt voorop, dat hij gaarne aan
het verleenen der voorgestelde subsidie zal medewerken. Als
hij evenwel het werkprogram van ,,De Jonge Werkman" goed
beschouwt, kan hij gerust verklaren, dat hetzelfde werk al
sedert een jaar lang van socialistische zijde wordt verricht.
Van ontwikkelingswerk, zooals de Minister van Binnenland-
sche Zaken bedoelt, is op het oogenblik bij „De Jonge Werk
man" nog geen sprake; er wordt wat aan houtsnijden gedaan