454 11 AUGUSTUS 1932. ,,Het plan van aflossing is als volgt: „1932—1946 ƒ38.475.— „19471951 27.275.— „1952—1956 23.925.— „1957—1971 „11.125.—. „Het wil ons voorkomen, dat dit aanbod dient te worden „geaccepteerd. Hierdoor zal de geheele vlottende schuld der „/gemeente zijn geconsolideerd, hetwelk met het oog op de „wisselende tijdsomstandigheden zeer gewenscht is. Boven- „dien kunnen de voorwaarden niet te bezwarend worden „geacht. „Resumeerende hebben wij de eer U voor te stellen te be sluiten tot het aangaan van genoemde geldleening." De heer VAN DE VEN kan zich wel met het voorstel van Burgemeester en Wethouders vereenigen, maar hij zou gaarne eenige inlichtingen hebben. Spr. wil dezen mooien zomerdag voor niemand bederven, doch er bestaat nu een maal een rapport-Weiter en daarin is sprake van een ver laging van het aantal cursusjaren der Ambachtsscholen van 3 tot 2. Als die maatregel door de Regeering wordt over genomen, dan zou onze Ambachtsschool hoogstwaarschijnlijk niet uitgebreid behoeven te worden, hetgeen een groote kostenbesparing zou beteekenen. Evenzoo staat het met de voorgenomen uitbreiding van den Warenkeuringsdienst: ook te dien opzichte worden in het rapport-Weiter ingrijpende bezuinigingen voorgesteld. In verband hiermede zou Spr. gaarne vernemen, van wanneer de toezegging van het Rijk tot medewerking dateert, namelijk van vóór of na het ver schijnen van het rapport-Weiter. Als die toezegging daar vóór is gedaan, dan zou het weieens kunnen gebeuren, dat zij werd teruggenomen. Nu dus de mogelijkheid niet is uit gesloten, dat beide uitbreidingen niet plaats hebben, zal er wellicht resp. 100.000 en 50.000 minder noodig zijn. Zou het in dat geval mogelijk zijn, aldus Spr., om die bedragen aan de Rijkspostspaarbank terug te geven?

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1932 | | pagina 454